18 - 2015
Dag 19
Strehla – Dommitzsch ( Wörblitz)
Afstand: 72,74 km
Tussen half acht en acht uur had ik gisteren afgesproken met de mijnheer van pension Nixe.
Mooi pension en zeer gastvrij. Dus wanneer ik vanmorgen om half acht richting ontbijtgebeuren ga komt de man vanuit zijn eigen huis aan de overkant van de straat mij tegemoet en verteld mij even dat alles klaarstaat in de ontbijtkamer en dat ik het maar rustig aan moet doen en dat die over een kwartiertje ofzo wel even langs komt om af te rekenen.
Is prima, zeg ik, tot later, en ik ga ontbijten.
Zit ik net lekker te ontbijten komen er een stelletje luidruchtige Duitsers binnen. 2 vrouwen en een man.
Guten morgen zegt de man en de dames mompelen ook zoiets. Ze kijken waar 3 ontbijtbordjes staan en gaan zitten. Wat een kakelkippen die vrouwen. Het kakelt maar door. Die man moet toch wel knettergek worden van dat gekakel.
De man van het pension komt binnen en wenst iedereen nog eens goedemorgen. Guten morgen klinkt het nu iets duidelijker dan voorheen. Of iedereen goed geslapen heeft en daarmee bedoeld hij mij niet maar wel de familie naast mij. Het zijn dus 2 zussen en 1 broer. Gezellig met z’n drietjes op de fiets langs de Elbe van Magdeburg naar Praag heb ik begrepen.
Mooi, ik heb mijn ontbijt op en ga de fiets pakken en de tassen op de fiets doen, afrekenen en vertrekken dus maar niet nadat de man van het pension mij verteld heeft waar ik het beste langs kan gaan. Oké, zeg ik, wat is de beste weg. Nou, zegt hij niet door het dorp gaan dat is te druk. Je kunt beste enz.enz., hij verteld mij waar ik langs moet maar aan het einde van het verhaal ben ik het begin alweer vergeten. Ik ga wel daarlangs dat ik gisteravond heb gevonden.
En zo gaat het dus gebeuren. Alles staat keurig aangegeven en nergens is een omleiding vandaag. De reis verloopt dus super voorspoedig. Vaak gerust onderweg, om een uur of 12 gegeten in Torgau, heerlijke tomatensoep. Dat is heel goed want daar zitten van nature zouten in en met dit snikhete weer is het goed voor de zouthuishouding.
Tegen een uur of twee bereik ik Dommitzsch en was ik daar nu maar even gebleven dan had ik geen 2 uur hoeven wachten in Wörblitz. Maar omdat het zo gloeiende heet is, is er niks te doen en niemand te zien in Dommitzsch en rijd ik maar door lekker onder de bomen in de schaduw, 9 kilometer lang bijna bergaf. Zo bereik ik tegen even na drie uur in de middag Wörblitz en dat is maar 1 straat groot en heeft 1 hotel en in dat hotel slaap ik vannacht.
Maar dat hotel is ’s middags van 14.00 uur tot 17.00 uur gesloten.
En gesloten is dus echt gesloten. Ik probeer het nog even bij de deur maar heb geen succes. Dus dat wordt wachten geblazen tot 17.00 uur aan toe. Ik heb nog een beetje water. Eens even kijken of er ergens een winkeltje is. Nee, natuurlijk niet. Aan de overkant van de straat staat een grote boom met daaromheen een bank gebouwd maar om daar nu 2 uur lang op te gaan zitten vind ik ook niet zo’n geweldig idee. Om terug te rijden naar Dommitzsch is al helemaal geen optie want dan moet ik bergop en mijn drinkwater is bijna op. Dan maar even een eindje richting Lutherstadt Wittenberg fietsen. Kan ik gelijk even kijken waar ik morgen langs moet. In het volgende dorpje 2 kilometer verder houd ik het voor gezien. Er staat daar een picknicktafel onder een dikke boom. Ik zet de fiets tegen de boom en ga lekker op de bank bij de picknicktafel zitten. Daar blijf ik een uurtje zitten. Maar na dat uurtje ben ik er flauw van ik ga terug naar Wörblitz en kijken of ze toevallig niet een uurtje eerder open zijn. Maar ik heb pech. Ik zet mijn fiets maar vast bij de deur van de binnenplaats van het hotel. Voor de zekerheid zet ik hem wel op slot, al heb ik in het uurtje dat ik hier nu ben nog geen mens gezien. Maar ja je weet maar nooit.
Om precies vijf uur zie ik dat de voordeur van het hotel opengaat en weer dichtgaat. Dus, er is leven in de brouwerij. Langzaam loop ik naar het hotel, doe de deur open en ik ben binnen. Wat is het daar heerlijk koel.
Een mevrouw begroet mij allervriendelijkst en ik zeg dat ik een kamer gereserveerd heb voor 1 nacht. Oh, dan bent U mevrouw Harma. Eh, nee niet helemaal ik ben Harma Reinders en Reinders is mijn nachname. (achternaam).
Ik zal U even uw appartement wijzen. Ze gaat mij voor en ondertussen verteld ze waar ik mijn fiets kan stallen en waar ik morgenvroeg kan ontbijten. Oh, en de biergarten is open en daar kunt U vanavond ook eten. Hé daar had ik nog niet aan gedacht, ik moet ook eten vanavond en in dit G..vegetenoord is alleen dit hotel, dus ik moet hier wel eten of anders krijg ik niks vanavond. Nu maar hopen dat de prijs van het eten geen hoofdprijs is want dan ben ik gelijk door mijn budget van deze week heen. Maar dat valt achteraf erg mee.
Maar ondertussen bereiken we op de binnenplaats twee deuren, één van die deuren gaan we binnen, trap op en dan…., je geloofd dit eigenlijk alleen maar wanneer je dit zelf ziet. Ik heb voor één nacht de beschikking over een appartement dat bestaat uit een hele grote kamer, een badkamer, een grote keuken en een hele grote slaapkamer. En dat alles voor de lieve prijs van 30 euro inclusief ontbijt en allerlei belastingen.
En het uitzicht, geweldig. Ik heb reeën gezien, konijntjes en nog veel meer. Ik heb de zon zien opkomen. En ik altijd maar denken, morgenrood, water in de sloot. Is het dan toch andersom? Vast wel want vandaag vrijdag 7 augustus is het nog warmer dan alle dag hiervoor. En ik weet dat ik niet moet zeuren over het weer, maar dit wordt mij toch echt wat te gortig.
Na nog wat uitleg van de vrouw over het vooral niet opendoen van de luiken op het binnenhof ga ik mijn tassen van de fiets halen en mij even omkleden. Daarna is het tijd voor het welkomstpilsje in de biergarten met uitzicht op de Elbe.
De echtgenoot van de vrouw en tevens de baas van het hotel is ’s avonds kelner en overdag nog heel veel dingen meer. Een grote herdershond ligt in zijn kennel en houd de boel goed in de gaten.
Na het pilsje heb ik wel zin in een hapje, het wordt Zanderfilet met bijlagen en gebakken aardappeltjes. Het was heerlijk.
Daarna weer naar mijn appartement en de boekhouding en dagboek bijhouden. Dan slapen.
Morgen gaat de reis naar Lutherstadt Wittenberg. Dat moet wanneer ik alle verhalen moet geloven toch wel iets heel bijzonders zijn.
Nou we zullen het meemaken.